Erasmus SmartPort 20 juni ontbijtsessie met Professor Rob Zuidwijk: Hoe kunnen we duurzaam nieuwe toegevoegde waarde cre?ren door meer naar de lading in de containers te kijken?
Niet de box, maar de inhoud! Containermanagement op ladingniveau. Professor Rob Zuidwijk gaf een gloedvol betoog om duurzaam toegevoegde waarde te creëren door juist naar de lading in de container te kijken.
'Hoe kunnen we duurzaam nieuwe toegevoegde waarde creëren door meer naar de lading in containers te kijken?' Dit was de centrale vraag van Prof.dr. Rob Zuidwijk in al weer de vierde ontbijtsessie op woensdag 20 juni jongstleden, waarin de rol van de (Rotterdamse) haven in wereldwijde logistieke ketens centraal stond. Rob Zuidwijk is wetenschappelijk directeur van Erasmus Smart Port Rotterdam en daarnaast hoogleraar aan de TU Delft en aldaar verbonden aan het Port Research Centre.
Professor Zuidwijk: "Op zee rekenen we in weken, na het lossen van de container in dagen of uren: er is sprake van een sterke acceleratie in de supply chain!"
Zuidwijk presenteerde de resulaten van onderzoek: het "integrity" project. In dit project gaat het om de vraag hoe informatie die 'toch al wordt opgeleverd' in containerketens gerelateerd aan veiligheidsbeleid - bijvoorbeeld voor de douane - benut kan worden om de duurzaamheid te vergroten. En hoe daarmee containerlogistiek kan worden aangestuurd op het niveau van de lading. Als deze voor containerketens noodzakelijke informatie eerder beschikbaar komt en met hoge betrouwbaarheid is daarmee binnen de keten verdere optimalisatie mogelijk - bijvoorbeeld in de achterlandlogistiek bij containertracking. Zuidwijk signaleerde een acceleratie in de logistiek: wanneer een container zich op zee bevindt is sprake van een tijdsbeleving uitgedrukt in weken, landt de container in de haven dan gaat het opeens naar dagen en soms zelfs uren. De aanwezige toehoorders bij de ontbijtlezing - vervoerders, expediteurs en dienstverleners aan de haven - wisten wel hoe deze acceleratie tot stand kwam: naast de rol van Incoterms werd vooral gewezen op 'commerciële tijd' waardoor de teller echt gaat lopen voor de verlader.
"Meer informatie over de container maakt een gedifferentieerde behandeling mogelijk en de toename van informatie op een bescheiden niveau levert al veel toegevoegde waarde op."
Verder presenteerde Zuidwijk diepgaand onderzoek naar de achtergronden die de omvang van de dwell tijd bepalen en hoe deze tijden variërn voor bepaalde typen containers, afhankelijk van ladingkenmerken. Het werd duidelijk in de presentatie wat de waarde van al die informatie die de container omringt nu eigenlijk is en dat deze waarde al toeneemt bij een bescheiden niveau van verbetering voor wat betreft de beschikbaarheid van informatie.
In het tweede deel van de lezing ging professor Zuidwijk in op de vraag hoe we containerlogistiek kunnen aansturen op het ladingsniveau en om daarbij vooral intermodaal vervoer te kunnen inzetten. Belangrijk om zowel containers als vervoerwijzen beter te benutten, om een verschuiving in vervoerwijzen mogelijk te maken, om verschillende stromen - import-export/maritiem-continentaa - te kunnen bundelen en om de concurrentiepositie van de Rotterdamse haven te versterken. In samenwerking met Dinalog werkt prof. Zuidwijk op dit moment aan een project gericht op de aansturing van containertransport op ladingniveau voor het project Cool Port. In dit project worden goederen die normaliter niet in een container zitten - bederfelijke goederen zoals fruit - onderzocht en wordt een nieuwe logistieke grondvorm geanalyseerd waarbij de inzet van multimodaal vervoer mogelijk is (shortsea) voor dergelijke bederfelijke producten.
"De uitdaging is om producten met een grote variëteit, die ook bederfelijk en kwetsbaar zijn, met sterke seizoenspatronen in import en export en met specifieke eisen aan conditionering toch intermodaal te vervoeren."
Voor Rob Zuidwijk was de inhoudelijke discussie over de mogelijkheden om containertransport op ladingsniveau te sturen belangrijk. Juist de visie van het bedrijfsleven is nodig om te onderzoeken wat de haalbaarheid is van de mogelijkheden om stromen te combineren, de benutting van containers te verbeteren en toegevoegde waarde activiteiten te ontwikkelen. De stromen die professor Zuidwijk onderzoekt - gekoelde lading, mogelijkheden om maritieme en continentale containers te matchen en te crossdocken - werden door de aanwezigen tegen het licht gehouden. Belangrijke aspecten van de toegevoegde waardediensten die professor Zuidwijk wil ontwikkelen hebben betrekking op de locatie in de keten - waar zijn dergelijke activiteiten het beste uit te voeren: in de zeehaven of juist niet? -, op de meerwaarde boven traditioneel 'stuffen & strippen' en op de vraag waar de verlader nu precies aan de knoppen zit bij wereldwijde logistieke ketens: is dat in China of is dat in Nederland?
Smart Port-Deltalinqs-Dinalog ontbijtsessies: actuele kennis van havenlogistiek op de nuchtere maag.